top of page

Conservatie van moderne pastelwerken voor kunstenaars en verzamelaars

  • Foto van schrijver: André Rios
    André Rios
  • 9 jun
  • 7 minuten om te lezen

Pastelwerken bezitten een unieke lichtsterkte en delicate uitstraling die ze zowel betoverend als kwetsbaar maken. Hoewel moderne materialen zoals Pastelmat-papier en hoogwaardige pastelpotloden van Stabilo en Caran d’Ache de stabiliteit van pasteltekeningen aanzienlijk hebben verbeterd, blijft de juiste verzorging en conservering essentieel—of je nu kunstenaar bent of verzamelaar. In dit artikel bespreken we de meest actuele richtlijnen voor het behoud van pastelwerken, waarbij we traditionele conserveringsprincipes combineren met inzichten die zijn afgestemd op de hedendaagse materialen en gereedschappen.


Preventieve verzorging is cruciaal omdat pastelmedia (zachte pastels, pastelpotloden) van nature kwetsbaar zijn. Pasteltekeningen bevatten “zeer weinig bindmiddel,” waardoor de pigmentdeeltjes op het oppervlak liggen en gemakkelijk kunnen vlekken of loskomen. Zoals het Rijksmuseum opmerkt, zijn pastels “een van de meest fragiele kunstwerken” – “het medium is nauwelijks aan de drager gehecht, elke beweging is een risico.” Zelfs bij gebruik van moderne archiefmaterialen (zoals Pastelmat-papier, dat zuurvrij en pH-neutraal is), kan het beeld worden verstoord door aanraking, zwaartekracht of veranderingen in de omgeving. Het doel van preventieve conservering is daarom om blootstelling aan licht, stof, vocht, schommelingen en fysieke belasting te minimaliseren, en om pastelwerken zo in te lijsten en op te slaan dat het poederige oppervlak nergens mee in contact komt.

Pastels zijn lichtgevoelig (afhankelijk van het pigment), dus licht- en klimaatcontrole zijn van het grootste belang. Gebruik licht met lage intensiteit en UV-filter (LED of gefilterde fluorescentie) en vermijd direct zonlicht. Musea raden aan om pastelruimtes koeler en donkerder te houden; voor verzamelaars thuis geldt: hang kunstwerken weg van ramen en gebruik gordijnen of UV-filterfolie. Icon (VK) adviseert een stabiele omgeving van ongeveer 16–19 °C en 45–60% relatieve luchtvochtigheid. Vermijd vooral hoge luchtvochtigheid (boven ~60% RH), want vocht kan papier verzachten en zelfs ernstige schimmelgroei op pastelmedia veroorzaken. Vermijd ook warmtebronnen (radiatoren, spots) en buitenmuren die gevoelig zijn voor condensatie. Samengevat:

  • Behoud een stabiel, matig klimaat: Streef naar ongeveer 18 °C en 45–60% relatieve luchtvochtigheid; plotselinge schommelingen en extremen beschadigen papier en pigment.

  • Beperk lichtblootstelling: Gebruik UV-filter glas en lage lichtniveaus (bijvoorbeeld 50–100 lux) bij tentoonstellingen. Icon waarschuwt specifiek om “ingelijste … aquarellen tegen daglicht te beschermen” en UV-filterend glas te gebruiken.

  • Voorkom stof en vervuiling: Houd pasteltukken achter glas of in gesloten vitrines; vermijd rokerige of stoffige omgevingen. Gebruik luchtfilters of bewaar kunst in luchtdichte lijsten.


Opslag en omgang

Wanneer pasteltekeningen niet worden tentoongesteld, moeten ze plat en goed ondersteund worden opgeborgen, niet opgerold of strak opgestapeld. De beste methode is om ze in een plat archiefkastje of -doos te bewaren, met de tekening naar boven op een stevige ondergrond. Leg tussen de werken zuurvrij papier of glassine om ze te beschermen. Gewone plastic hoezen worden niet aanbevolen voor kwetsbare pastels. Enkele tips:

  • Bewaar pastelkunst horizontaal in conserveringskwaliteit dozen of mappen. Dit beschermt tegen stof en maakt veilig hanteren mogelijk. Zuurvrije enveloppen, mappen of portfolio’s met boardvoering bieden goede bescherming. Gebruik katoenen of gebufferde board-ondersteuning.

  • Leg tussen elk blad zuurvrij papier om te voorkomen dat afbeeldingen elkaar raken. Dit helpt ook bij het absorberen van zuren.

  • Houd opslagruimtes koel, droog en donker, uit de buurt van warmte- of waterbronnen. Een gesloten kast of lade is ideaal. Bewaar pastelkunst niet in kelders of zolders (risico op vocht of hitte).

Voorzichtigheid bij hantering is essentieel. Raak pastelkunst altijd zo min mogelijk aan. Draag schone katoenen of nitril handschoenen en wrijf of druk nooit op het geschilderde oppervlak. Til en verplaats het werk bij voorkeur aan de randen van de drager of lijst. Ondersteun het werk op een stevige plank tijdens het verplaatsen — buig het niet. Vermijd bij inspectie of fotograferen tocht of ventilatoren die los pigment kunnen wegblazen. Over het algemeen:

  • Minimale aanraking: Raak pastelkunst alleen aan bij de randen, bij voorkeur boven een tafel of met twee personen bij grote werken.

  • Permanente lijst: Voor werken die niet worden opgeborgen, overweeg permanente inlijsting: Icon UK adviseert pastels en houtskoolwerken permanent in te lijsten in een verdiept passe-partout om vegen te voorkomen.

  • Regelmatige controle: Inspecteer opgeslagen pastels periodiek op stof, schade door ongedierte of tekenen van pigmentverlies. Losliggend pigment duidt op behoefte aan professionele zorg.


Inlijsten en ophangen

Hoogwaardige inlijsten is een van de meest effectieve manieren om pasteltekeningen te conserveren. Volg museumniveau conserveringspraktijken voor inlijsten:

  • Beglazing (Afdekking): Gebruik altijd UV-filterend glas of acryl. Glas heeft de voorkeur voor pastels, omdat acryl statische elektriciteit kan opbouwen en pastelstof aantrekt. (Icon UK waarschuwt expliciet dat standaard acrylbeglazing “nooit mag worden gebruikt voor pastels” vanwege statische oplading.) Als je Plexiglas/acryl gebruikt, kies dan een niet-statisch of UV-filter type en gebruik afstandhouders (mat spacers).

  • Passe-partout/Afstandhouder: Zorg voor een afstandhouder of een dikke passe-partout zodat het glas het pasteloppervlak niet raakt. Een luchtlaag voorkomt dat het kunstwerk aan het glas blijft plakken of beschadigt. De checklist van Icon UK stelt dat “beglazingsmateriaal op afstand van het oppervlak van het kunstwerk moet worden geplaatst”. Anti-statische tussenlagen (bijv. zuurvrij papier) kunnen onder de passe-partout als extra buffer worden gebruikt.

  • Passe-partouts: Gebruik passe-partouts en achterplaten van conserveringskwaliteit (100% katoen of gebufferde houtvezel). Deze beschermen de tekening tegen zuuroverdracht. Gebruik geen goedkoop karton of foamcore dat kan vergelingen en schadelijke gassen kan afgeven. Het passe-partoutvenster moet iets groter zijn dan het beeld, en het pastelwerk moet alleen aan de bovenrand bevestigd worden met zuurvrije papieren scharnieren (geen tape op het kunstwerk!).

  • Diepte van de lijst: Kies een diepe lijst met een brede sponning zodat er ruimte is voor passe-partout, glas en achterplaat. Dit zorgt ook voor een afgesloten omgeving; Icon geeft aan dat de lijst zo moet zijn dat beglazing, passe-partout, onderlegger en achterplaat het kunstwerk volledig isoleren.

  • Afdichting: Sluit de achterkant van de lijst af met zuurvrije tape om stof en insecten buiten te houden. De Icon-richtlijn adviseert gummed tape langs de randen van de lijst voor een “afgesloten” verpakking.

Belangrijke regels van conserveringsinlijsten zijn: geen direct contact tussen pastel en enig oppervlak (geen tape, lijm of glas dat de tekening raakt) en gebruik van niet-reactieve materialen. CCI (Canada) waarschuwt dat statische elektriciteit of wrijving door beglazing zonder juiste afstandhouders “ernstige pigmentverliezen” kan veroorzaken. Kortom: lijst pastelwerken zo in dat ze volledig stil liggen en geïsoleerd zijn van luchtvervuiling.


Materialen en lichtbestendigheid

Kies materialen van archiefkwaliteit. Bijvoorbeeld, Clairefontaine Pastelmat-papier wordt verkocht als archiefmateriaal (zuurvrij, pH-neutraal) en is ontworpen om pastellagen goed vast te houden. Gebruik altijd gepufferde/passe-partout- en achterplaten van museumkwaliteit. Bij gebruik van pastelpotloden (zoals Stabilo Carbothello, Caran d’Ache) geldt dat deze merken over het algemeen veel pigment en goede lichtbestendigheid hebben, maar het is verstandig om de lichtvastheid per kleur te controleren. Omdat de meeste pastels weinig bindmiddel bevatten, bepalen de pigmenten zelf de bestendigheid tegen vervaging. Controleer lichtvastheidsscores (ASTM of fabrikant) vóór gebruik en ga ervan uit dat gevoelige pigmenten in gedimd licht bewaard moeten worden.

Vermijd niet-archiefwaardige lijmen of tapes. Druk nooit plakband rechtstreeks op het kunstwerk — tape laat vaak vlekken achter of verhoogt de zuurtegraad. Bevestig tekeningen alleen met archiefpapier-scharnieren (met tarwestijfsel of methylcellulose-pasta) aan de randen. Gebruik nooit lijm, nietjes of zelfklevende etiketten op de afbeelding of de achterkant.


Restauratie en herstel

Als een pastelwerk beschadigd is (bijvoorbeeld afbladderen, scheuren, vlekken), raadpleeg dan een professionele papierconservator. Probeer thuis geen ruwe schoonmaak of reparaties uit te voeren. (Welbedoelde huis-tuin-en-keukenmethoden zoals broodkruimels, plakband of schoonmaakmiddelen doen meestal meer kwaad dan goed.) Toch is het nuttig om de gangbare conserveringsbehandelingen te kennen:

  • Consolidatie: Bij afbladderend of losliggend pigment kunnen conservatoren een sterk verdunde lijm (“consolidant”) aanbrengen op het pasteloppervlak om het pigment weer vast te zetten. Veelgebruikte middelen zijn Klucel® G (hydroxypropylcellulose) in alcohol of acrylcopolymeerharsen (zoals laag geconcentreerde BEVA of Plextol). Dit proces is delicaat: veel lijmen kunnen het uiterlijk veranderen. Uit onderzoek blijkt dat de meeste fixatief sprays pastelkleur dof maken, behalve omkeerbare harsen zoals Paraloid B-72 of Aquazol 200, die de helderheid beter behouden. Fixatie moet daarom spaarzaam en alleen na testtoepassingen gebeuren.

  • Fixatieven: Commerciële pastel-fixatieven zijn meestal niet nodig voor goed bewaarde werken. Ze vormen wel een beschermende laag, maar kunnen kleuren iets donkerder maken of veranderen. Indien gebruikt, breng ze dan zeer dun aan en test eerst op een proefstuk. Musea vermijden fixatieven tenzij noodzakelijk. (Kunstenaarslijmen zoals hierboven genoemd zijn later verwijderbaar, wat voor conservering de voorkeur heeft.)

  • Scheurreparatie: Scheuren en gaatjes in het papier kunnen aan de achterkant worden gerepareerd met Japans papier en tarwestijfselpasta. Dit versterkt de drager en voorkomt verdere scheuren. Na reparatie kan het hele blad worden bevochtigd en vlak gemaakt door een professional om kreukels te verwijderen.

  • Oppervlaktereiniging: Droge reiniging (zacht borstelen of voorzichtig wissen) kan los stof verwijderen, maar moet uiterst voorzichtig gebeuren. Gebruik nooit water of oplosmiddelen op pastels – het medium zal uitsmeren. Basisonderhoud beperkt zich tot stof verwijderen met een zachte penseel onder vergroting; vlekken of lijmresten vereisen professionele aandacht.

In alle gevallen wordt het inschakelen van een getrainde papierconservator aanbevolen. Zij stabiliseren papier en pigment met omkeerbare, archiefveilige methoden. Zoals Icon aangeeft: “Het raadplegen van een conservator” is aan te bevelen bij schade, omdat professionals het papier en beeld kunnen stabiliseren om verdere achteruitgang te vertragen. Slechte reparaties kunnen leiden tot doorbloeding, verkleuring of verlies van het beeld — bewaar het originele materiaal zoveel mogelijk.


Nederlandse casestudies en richtlijnen

In Nederland benadrukken erfgoedinstellingen de bijzondere zorg die pastels vereisen. Het Rijksmuseum in Amsterdam voerde tussen 2007 en 2013 een groot conserveringsproject uit voor meer dan 100 pasteltekeningen van kunstenaars als Liotard en Degas. Dit project documenteerde hoe eerdere tentoonstellingsomstandigheden (variabel licht en luchtvochtigheid) schade hadden veroorzaakt aan de collectie. De conservatoren ontdekten dat correcte inlijsting en een consistent klimaat essentieel zijn voor het behoud. Hun werk onderstreept wereldwijd toegepaste best practices: lijst pastels in een afgesloten, gebufferde omgeving en vermijd schommelingen.

Nederlandse onderzoekers onderzoeken ook de risico’s van transport van pastels. Een studie van de Technische Universiteit Delft (in samenwerking met het Rijksmuseum en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) kwantificeert hoe trillingen pastelpigment losmaken. Dit sluit aan bij de conclusie dat zelfs kleine bewegingen gevaarlijk zijn – zoals één rapport waarschuwt: pastels zijn “kwetsbaar… [elke beweging brengt] risico’s met zich mee.” Voor particuliere verzamelaars betekent dit extra voorzichtigheid bij het verplaatsen of verzenden van pastelwerken (goed beschermen, schudden vermijden).

Tot slot volgen Nederlandse conserveringsinstanties (zoals het Conservatieatelier van het Rijksmuseum en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed) doorgaans internationale normen voor werken op papier. Aanbevolen literatuur omvat richtlijnen van ICOM-CC en het Canadian Conservation Institute over papierconservatie, die klimaatcontrole, hoogwaardige inlijstmaterialen en minimaal hanteren benadrukken. In de praktijk dienen kunstenaars en verzamelaars in Nederland dezelfde voorzorgsmaatregelen te nemen als wereldwijd aanbevolen: laag licht, gecontroleerde relatieve luchtvochtigheid, museumniveau inlijsting en professioneel advies waar nodig.


Bronnen: Autoritatieve conserveringsrichtlijnen voor werken op papier, waaronder het Canadian Conservation Institute, Icon (VK) en het Conservation Center for Art & Historic Artifacts. Casestudies en museumprogramma’s (Rijksmuseum, Norton Simon) bieden praktische voorbeelden. Materiaalgegevens van fabrikanten (Pastelmat, pastelpotloden) werden geraadpleegd. Samen informeren deze bronnen de bovenstaande aanbevolen werkwijzen.


Links:

 
 
bottom of page